Vandaag, 1 juli, kiezen de Mexicanen een nieuwe president. Het belooft een uiterst spannende stembusgang te worden. Dat ligt niet zozeer aan de verdeelde stem van het volk, maar vooral aan het corrupte systeem.
Zes jaar geleden verliep de verkiezingsstrijd minstens even bikkelhard. Toen nam Felipe Calderón (PAN) het op tegen López Obrador (AMLO). De eerste beloofde het drugsgeweld de kop in te drukken door het leger eropuit te sturen, terwijl de tweede kandidaat eerder in onderwijs en gelijke kansen wilde investeren.
Met een halve procent haalde de rechtse Felipe Calderón het destijds van de linkse López Obrador. De verdachte uitkomst werd meteen aangevochten door het volk, dat massaal op straat kwam. Felipe Calderón hield voet bij stuk, maar onder zijn bewind escaleerde het geweld in het land alleen maar verder.
Vandaag komt López Obrador opnieuw op. Deze keer staat hij tegenover Enrique Peña Nieto (PRI): el macho número uno. Hij wordt al maandenlang gepromoot door een kleine, maar rijke achterban die posters, flyers, etc. van hem over het hele land verspreiden. Hij deelt computers uit aan dorpen waar niet eens elektriciteit is en las maar één boek: de Bijbel. Zijn eerste vrouw kwam op een verdachte manier om en zijn derde vrouw is een populaire soapster.
Alles lijkt in scène gezet om het Mexicaanse volk een tweede keer om de tuin te leiden. Niet dat het Mexicaanse volk zich om de tuin láát leiden. Wat wel zo is: de stem van zij die niet gestudeerd hebben of makkelijk omkoopbaar zijn (door hun basisbehoeften als eten en drinken voor een bepaalde periode in te vullen) haal je met corruptie zo binnen.
Hoe het ook zij: wij hopen samen met het Mexicaanse volk op een eerlijke stembusgang, waarin de zin om vooruit te gaan niet op corruptie, maar op onderwijs en gelijke kansen stoelt. Mexico is een rijk en optimistisch land, dat vooruitgang onder een juist bewind ongetwijfeld kan waarmaken.
reageren