De halfvolle mojito van Latijns-Amerika: Colombia’s kussengevecht
» Achtergrond » Columns » conSentido (zin) » Nieuws
Geen nieuws goed nieuws? Terwijl het woord “crisis” al maanden de internationale berichtgeving over Brazilië en Venezuela overheerst, is het rond de vredesonderhandelingen tussen rebellenbeweging FARC en de Colombiaanse regering in Havana, Cuba, relatief stil geweest. President Santos liet, zonder details vrij te geven, weten dat de onderhandelingen verder gaan. Een vredesakkoord is nabij. Bovendien is de regering gesprekken begonnen met ELN, de tweede rebellenbeweging van het land. Maar wat klinkt er in het Zuid-Amerikaanse land na de officiële mededelingen? Wat wordt er nog meer verteld, en gehoopt?
In deze aflevering van de ‘halfvolle mojito van Latijns-Amerika’ probeer ik verder te kijken dan wat wij in België en Nederland te weten komen over de weg naar vrede in Colombia. Naar gewoonte van deze column-reeks met gehoor voor de positieve kant van het verhaal. We overlopen de verschillende ruimtes waarin de postconflictperiode van Colombia wordt onderhandeld: de officiële onderhandelingstafel, de politiek, sociale bewegingen, internationale samenwerking, de kunstscene en een persconferentie van een popkoningin. Veel van deze narratieven komen tot ons via de zwart-wit gekleurde media en de verbeelding van film en literatuur. Af en toe laten de onderhandelaars in Havana de camera’s toe voor een officiële mededeling over een “cruciale vooruitgang” die Colombia een stap dichter brengt bij het eindigen van het langst durende conflict op het Amerikaanse continent. Hoop is waarachtiger als het kritisch is en vanuit verschillende hoeken komt.
Waargebeurd
Ingrid Betancourt begint deze column met een “buenos días” en haar verhaal over de lange weg die ze aflegde, “een dramatisch weg, dat zeker, maar met een gelukkig einde”. De verzoenende stem van Ingrid Betancourt kreeg weerklank in de Colombiaanse media van verschillende opinieschrijvers. De voormalig Colombiaanse presidentskandidate, die zes jaar gegijzeld werd door de FARC, keerde voor het eerste sinds haar bevrijding terug uit Parijs naar haar geboorteland.
Betancourt vergelijkt haar ontvoering met het magisch realisme waar die andere internationaal bekende Colombiaan handig gebruik van maakte in zijn romans. Maar het gaat hier niet om een lezer die even wegdroomt naar de magische wereld van de Latijns-Amerikaanse literatuur. Betancourt was een personage in iemand anders zijn verhaal en kon het boek niet zo maar wegleggen. Betancourt beschrijft haar magisch realistische ervaring als ruw weggetrokken worden van wie en wat ze was in een tijd en een ruimte zonder begrenzing. Waar fictie het moet afleggen tegen de realiteit.
Ruby Sanders schreef over de Netflix-serie Narcos al dat er in dit “waargebeurde verhaal van de opkomst van de grootschalige cocaïnehandel vanuit Zuid-Amerika naar de Verenigde Staten meer onwaarschijnlijks gebeurt dan een scriptschrijver ooit zou durven verzinnen”. Het literair benaderen van de realiteit door Betancourt is niet mythisch zoals het magisch realisme van Gabriel García Márquez, maar verbeeldt een bikkelharde realiteit; pijnlijk poëtisch klinkt de alliteratie.
In het elkaar vergeven ziet de Colombiaanse auteur en politica de verzoening. Dit is volgens haar niet vergeven en opnieuw beginnen, maar herinneringen (re)construeren. De Mexicaan Juan Carlos Romero Puga schrijft dat als het sociaal herstellingsvermogen voortkomt uit liefde en solidariteit, een manier om dit herstellingsvermogen op te bouwen het woord aan de artiest geven is.
Ook in Colombia geeft de culturele productie herinneringen vorm in verhalen die aanzetten tot maatschappelijk debat. conSentido heeft een reeks artikelen opgebouwd waar Ruby Sanders dit proces in film en televisie analyseert en Jasper Vervaeke aan de hand van de literaire productie. Cinema in Colombia vertelt verhalen die stemmen tot nadenken: “Op het moment in het heden dat het land voorzichtig uit de ellende kan kruipen, is het mogelijk na te denken over de mooie dingen van de natie. Hoe zou Colombia kunnen zijn, moéten zijn zelfs, als land in vrede?”. En er is de Colombiaanse fictieliteratuur die in het “getormenteerde collectieve geheugen van Colombia” graaft. Vervaeke ontwaart na een eerste reeks bloederige romans in de recente Colombiaanse literatuur meer plaats voor intro- en retrospectie. Een nieuwe generatie Colombiaanse schrijvers verdient in talrijke vertalingen internationale weerklank.
Volgens Carolina Mila heeft cultuur de kracht om sociale cohesie, identiteit en participatie te genereren. Mila noemt specifiek voor de postconflictperiode van Colombia cultuur een manier om de wonden van het verleden te genezen aan de hand van vertellingen en herinnering. Momenteel ontvangt het Ministerie van Cultuur 1% van de begroting van het Ministerie van Defensie. Make war not books? De boom die zo beoogd wordt is al vast niet literair.
De realiteit achter de opvoering
Afgezien van de officiële onderhandelingstafel en de kunst als bemiddelingsruimtes, bieden de (internationale) ontwikkelingssamenwerking en (lokaal) sociaal activisme een kritische afwisseling van het goede nieuws van de officiële mededelingen uit Havana. Mies Willems is beleidsmedewerker natuurlijke rijkdommen & Latijns-Amerika bij Broederlijk Delen en schrijft op Mo.be over de uitdagingen op het vlak van mensenrechten om echte vrede te realiseren. Willems wijst op de nadruk van de VN op de grote kloof tussen het mensenrechtendiscours van overheidsinstellingen en de dagelijkse praktijk. The Guardian laat sociaal activist Alberto Franco aan het woord die vertelt dat de aanvallen op mensenrechtenverdedigers door paramilitairen dramatisch zijn gestegen. Het gaat om rechtse groeperingen in de drugshandel en illegale mijnbouw die vaak verbonden zijn met de elite. Willems en Betancourt wijzen beide op de straffeloosheid in Colombia.
Volgens Willems is het aanpakken van de uitsluiting en de enorme ongelijkheid in Colombia essentieel. Op Mo.be kan je meer lezen over land als basis van het conflict. En dan is er die essentiële verhaallijn, die in geen enkele vertelling nog weggedacht kan worden en ook elders in Latijns-Amerika en de wereld speelt. De lage grondstofprijzen zullen de postconflictperiode bemoeilijken, stelt Willems. De olieprijzen, als belangrijkste exportproduct van Colombia, staan laag en bijgevolg de staatsinkomsten. Ook de Colombianen moeten op zoek naar alternatieven voor het grondstoffenmodel.
Shakira ziet het glas ook halfvol en zong dat wanneer we het het minst verwachten de zon tevoorschijn komt. Maar de Colombiaanse zangeres heeft meer te zeggen dan een goed klinkend popdeuntje. In een persconferentie neemt ze het op voor de kinderen en het bredere plaatje van het Zuid-Amerikaanse land: “Hoe kunnen we een land in vrede zijn zolang er nog kinderen omkomen van de honger?”
Ook interessant over “de realiteit” op “het veld” en in “de straat”: de komende weken kun je op conSentido Sanne Weber volgen die onderzoek deed in twee landelijke dorpen in Colombia waar de inwoners een groot verschil ondervinden tussen theorie en praktijk. Een vredesovereenkomst betekent niet automatisch dat alles weer van één dag op de andere normaal is.
Dan maar een kussengevecht
Voor president Santos is het ondertekenen van vrede van politiek belang. De Verenigde Naties, de Verenigde Staten en de Europese Unie steunen het vredesproces. Een van de grootste tegenstanders is Álvaro Uribe. De Colombiaanse ex-president (2002-2010) en huidig senator in de oppositie bestempelt het vredesakkoord als een vrijgeleide voor de guerrilla en riep recent nog op voor burgerlijke opstand. De verzameling van handtekeningen tegen de overeenkomsten in Havana en “voor de vrede die we willen” is ondertussen begonnen.
Alberto Franco vertelt in The Guardian dat sommige mediagroepen zich tijdens de oorlog verrijkt hebben en dat deze zich nu negatief uitspreken over het vredesproces. Volgens een onderzoek van de Katholieke Universiteit van Colombia is de retoriek van de belangrijkste deelnemers aan het vredesproces op sociale media eerder onverschillig. Het politieke debat over het vredesproces woedt wel hevig in de media en haalt zelfs vergelijkingen met Donald Trump aan.
Ruzie aan de top terzijde kan symboliek –toegegeven, zolang ze het niet helemaal overneemt van de realiteit- een houvast bieden. Het antwoord van Antanas Mockus, voormalig burgemeester van Bogotá en ex-presidentskanidaat, op het gekibbel aan de top was een oproep voor een kussengevecht; “de laatste strijd van Colombia”. De berichtgeving hierover in de krant El Tiempo brengt de frivoliteit van de activiteit in vergelijking met het gewapend conflict pijnlijk naar voren, maar toont tegelijkertijd de noodzaak van zachtheid in verzoening: “La “guerra de almohadas” comenzó a las 4 y 10 de la tarde y terminó a eso de las 4 y 20, tras un derroche de alegría de los asistentes. Nada comparado a los más de 50 años que ha vivido el país en una verdadera guerra, con más de 200 mil muertos, miles de desplazados, miles de secuestrados, miles de desaparecidos y miles y miles de huérfanos y viudas.” (De “oorlog met kussens” begon om 16h10 en eindigde om 16h20, na een verspilling van vreugde van de aanwezigen. Niets in vergelijking met de meer dan 50 jaar dat het land een echte oorlog beleefde, met meer dan 200.000 doden, duizenden vluchtelingen, duizenden ontvoeringen en duizenden duizenden wezen en weduwen.)
Voorzichtige vrede
Verschillende personages kwamen aan het woord in de Colombiaanse vertelling op weg naar vrede. Het succesverhaal van de vredesonderhandelingen voor de camera’s in Havana wordt getemperd door vraagtekens, kritische stemmen en door tegenstand. De Colombiaanse realiteit staat niet op zich en is veel complexer dan het samenraapsel van toevallige stemmen in een column. Maar ik weet wel zeker dat er een dikke lijn ligt tussen opbouwende kritiek, voorzichtigheid, realiteitszin, en negativiteit.
Recent werd officieel bekend gemaakt dat minderjarigen in de rangen van de FARC geleidelijk opgenomen zullen worden in de Colombiaanse maatschappij. Mooie woorden van de Colombiaanse regering vieren de vooruitgang: “Las generaciones jóvenes son las llamadas a apoderarse de la paz. Son los niños y jóvenes de Colombia quienes deben liderar la transformación de nuestro país.” Het stemt Secretaris Generaal Ban Ki-Moon van de Verenigde Naties positief. Mij ook.
De leiders van de FARC en het ELN hebben niet de volledige controle over hun troepen in het uitvoeren van de vredesovereenkomsten en de bestanden zijn broos. Misschien is het enthousiasme voor het vredesproces wel groter in de internationale pers en in de officiële berichtgeving vanuit Havana en leeft er terecht voorzichtigheid bij de Colombiaanse bevolking. En toch, Alberto Franco ontwaart hoop bij de Colombianen: “… the people want peace, even if their hope is coloured by fear.” In heel het Zuid-Amerikaanse land bouwen slachtoffers van het conflict bovendien vanaf de basis aan een rechtvaardiger Colombia, zoals in de “stad van de vrouwen” van interne vluchtelingen.
Ook de literatuur roept personages op met hoop. Jasper Vervaecke schrijft over de reactie van drie Colombiaanse auteurs op het geweld in hun land: “García Márquez, Abad en Vásquez zijn het er roerend over eens: in donkere dagen vormen solidariteit en naastenliefde het enige lichtpunt.“
Het Colombiaanse verhaal is niet eenvoudig. Maar welk is dat wel? De literatuur van het magisch realisme voorbij schrijft Colombia een volgend hoofdstuk. Het is een verhaal van velen, met personages van de vrede als Mockus en Shakira, en vele andere grote Colombianen die niet op de voorpagina’s verschijnen. Ik sluit deze column graag af met een vrolijk kussengevecht, een warme knuffel, en een halfvol deugddoend Club Colombia-biertje, voor wie wil.
reageren