Professor Sebastian Edwards (UCLA) probeert in Left Behind: Latin America and the False Promise of Populism, uit te leggen hoe het toch komt dat Latijns-Amerika zo arm is, en waarschijnlijk grotendeels arm zal blijven.
Lang bestond het beeld dat Latijns-Amerika vooral slachtoffer was van omstandigheden: het continent werd als kolonie leeggeroofd en viel daarna ten prooi aan (door het Westen gesteunde) dictators. Alsof dat allemaal nog niet erg genoeg was, werden ze daarna door de neoliberale shock-doctrine van de Wereldbank en het IMF aan de rand van de afgrond gebracht. Deze karikatuur van de geschiedenis is wellicht best verwoord in Eduardo Galeano’s Las Venas Abiertas de América Latina.
Edwards rekent hard af met deze visie. Hij ontkent niet dat deze omstandigheden de economische ontwikkeling van het continent hebben beïnvloed, maar vindt ze niet van doorslaggevend belang. Immers, andere landen hebben zich onder vergelijkbare omstandigheden wel weten te ontworstelen aan de armoede. Dat Latijns-Amerikanen arm zijn, hebben ze vooral te danken aan het populistisch beleid van hun eigen regeringen. Wat is dit populisme volgens Edwards?
“An approach that emphasizes economic growth and income distribution and deemphasizes the risks of inflation, external constraints and the reaction of economic agents to aggressive nonmarket policies.”
Deze beleidsmaatregelen leiden volgens Edwards uiteindelijk tot (hyper)inflatie, hogere werkloosheid en lagere lonen. Hierdoor raakt dit beleid vooral de midden- en arbeidersklasse. Deze uitkomst is volgens Edwards praktisch een wetmatigheid binnen de Latijns-Amerikaanse context. Ook de zogenaamde neoliberale hervormingen van de jaren ’90, gebaseerd op de Washington Agenda, hebben hier weinig aan veranderd:
“the modernizing reforms of the 1990s […] stalled halfway and […] had barely scratched the surface of economic and institutional inefficiencies and backwardness”.
De meeste Latijns-Amerikaanse staten behoren ook nu nog tot de meest gereguleerde economieën ter wereld: belastingen zijn hoog en de bureaucratie is verstikkend. Onafhankelijke rechtspraak vindt bijna nergens plaats en ook andere instituties zijn uiterst zwak. De overheid presteert zeer matig: basale diensten zoals onderwijs en infrastructuur zijn van slechte kwaliteit, men beschermt vaak monopolies en is een bron van corruptie. Kortom: de crises die het continent heeft doorgemaakt zijn volgens Edwards geen gevolg van hervormingen, maar juist een gevolg van gebrek aan hervormingen!
Hij pleit dan ook voor modernisering: hierbij gaan marktgerichte hervormingen hand in hand met het versterken van instituties en gerichte investeringen in onderwijs en zorg. Hij pleit daarbij voor een totaalaanpak die rekening houdt met de specifieke omstandigheden in ieder land. Hij is er van overtuigd dat met goede wil, deze hervormingen te realiseren zijn. Hierbij noemt Edwards Brazilië en Chili als meest veelbelovende voorbeelden. Blijft de Latijns-Amerikaanse kiezer voor populisten kiezen, dan blijft het continent veroordeeld tot armoede en achterlijkheid.
Left Behind leest makkelijk weg, ook voor niet-economen. Het boek is daarmee geschikt voor iedereen die meer wil weten over de politieke economie van Latijns-Amerika. Edwards spaart niemand: iedereen krijgt er van langs, van populistische politici tot en met de neoliberale hervormers van de jaren ’90, het IMF en de Wereldbank. De onderbouwing van zijn these is sterk. Dit komt door de verschillende cases en het uitgebreide cijfermateriaal dat hij gebruikt. Hierdoor is zijn argument geloofwaardiger dan werken van hardcore-neoliberalen of populisten die vooral vanuit dogmatische overtuiging schrijven.
Edwards, Sebastian
2010 Left Behind: the False Promise of Populism. London/Chicago: University of
Chicago Press
reageren